Modi

Het meetgereedschap beschikt over meerdere modi. U kunt op elk gewenst moment tussen de modi wisselen:

  • Horizontale modus gecombineerd met verticale modus: produceert één horizontale en twee verticale, rechthoekige laserlijnen
  • Horizontale modus: produceert één horizontale laserlijn
  • Kruislijnmodus: produceert één horizontale en één verticale laserlijn
  • Verticale modus: produceert twee verticale, rechthoekige laserlijnen

In alle modi wordt een loodpunt op de vloer geprojecteerd.

Na het inschakelen bevindt het meetgereedschap zich in de horizontale modus gecombineerd met verticale modus. Voor het omschakelen van de gebruiksmodus, drukt u op de toets lasermodus (4).

Alle gebruiksmodi kunnen zowel met automatische nivellering als met pendelvergrendeling worden geselecteerd.

Ontvangermodus

Voor het werken met de laserontvanger (23) moet – onafhankelijk van de gekozen gebruiksmodus – de ontvangermodus worden geactiveerd.

In de ontvangermodus knipperen de laserlijnen met een zeer hoge frequentie en kunnen hierdoor door de laserontvanger (23) worden gevonden.

Voor het inschakelen van de ontvangermodus drukken op de toets ontvangermodus (3). De indicatie ontvangermodus (2) brandt groen.

Voor het menselijk oog zijn de laserlijnen bij ingeschakelde ontvangermodus verminderd zichtbaar. Voor werken zonder laserontvanger, daarom de ontvangermodus uitschakelen door opnieuw op de ontvangermodus (3) te drukken. De indicatie ontvangermodus (2) gaat uit.