Aanwijzingen voor ‌werkzaamheden

Met de diepteaanslag (21) kan de gewenste boordiepte X vastgelegd worden.

  • Druk op de knop voor het instellen van de diepteaanslag (19) en plaats de diepteaanslag in de extra handgreep (20).
    De ribbels op de diepteaanslag (21) moeten naar beneden wijzen.
  • Schuif het SDS-plus inzetgereedschap tot aan de aanslag in de SDS-plus gereedschapopname (3). De beweeglijkheid van het SDS-plus inzetgereedschap kan anders tot een verkeerde instelling van de boordiepte leiden.
  • Trek de diepteaanslag zo ver naar buiten dat de afstand tussen de punt van de boor en de punt van de diepteaanslag overeenkomt met de gewenste boordiepte X.

  • Als het inzetgereedschap vastklemt of vasthaakt, wordt de aandrijving van de uitgaande as onderbroken. Houd het elektrisch gereedschap vanwege de optredende krachten altijd goed met beide handen vast en ga in een stabiele positie staan.
  • Schakel het elektrisch gereedschap uit en maak het inzetgereedschap los, als het elektrisch gereedschap blokkeert. Er ontstaan grote reactiemomenten als u het elektrische gereedschap inschakelt terwijl het boorgereedschap geblokkeerd is.

De sneluitschakeling (KickBack Control) biedt een betere controle over het elektrische gereedschap en verhoogt daardoor de veiligheid voor de gebruiker, in vergelijking met elektrische gereedschappen zonder KickBack Control. Wanneer het elektrische gereedschap plotseling en onvoorspelbaar gaat roteren rond de booras, wordt het elektrische gereedschap uitgeschakeld. De aanduiding sneluitschakeling  brandt rood en het werklicht (18) knippert. Bij geactiveerde sneluitschakeling knippert de aanduiding status (29) rood.

  • Laat voor het opnieuw in gebruik nemen de aan/uit-schakelaar (12) los en bedien deze opnieuw.

De geïntegreerde trillingsdemping vermindert optredende trillingen.

  • Gebruik het elektrische gereedschap niet verder, wanneer het dempingselement beschadigd is.

  • Plaats het elektrische gereedschap alleen uitgeschakeld op de moer/schroef. Draaiende inzetgereedschappen kunnen wegglijden.

Voor het gebruik van bits heeft u een universele houder (38) met SDS-plus opnameschacht (accessoire) nodig.

  • Reinig de schacht van de opnameschacht en smeer deze iets met vet in.
  • Plaats de universele houder draaiend in de gereedschapopname tot deze automatisch wordt vergrendeld.
  • Controleer de vergrendeling door aan de universele houder te trekken.
  • Plaats een bit in de universele houder. Gebruik alleen bits die bij de schroefkop passen.
  • Voor het verwijderen van de universele houder schuift u de vergrendelingshuls (5) naar achteren en verwijdert u de universele houder (38) uit de gereedschapopname.

Met de ophanghaak (13) kunt u het elektrische gereedschap aan een geschikte ophangvoorziening bevestigen.

  • Duw de ophanghaak (13) even in de richting van de handgreep (11) om de vergrendeling los te maken. De ophanghaak schuift er vanzelf naar achter toe uit.
  • Draai de ophanghaak opzij.
  • Controleer de ophanghaak (13) op eventuele beschadigingen of vervormingen.
    Gebruik de ophanghaak (13) niet, wanneer deze beschadigd, vervormd of niet meer vast aan het elektrische gereedschap bevestigd is.
  • Hang het elektrische gereedschap met de ophanghaak (13) aan een stabiele ophangvoorziening.
    Om beschadigingen of letsel te vermijden, mag de ophangvoorziening niet boven looppaden of directe werkbereiken aangebracht zijn.
    De ophanghaak is uitsluitend voorzien voor het ophangen van het elektrische gereedschap inclusief gemonteerde accessoires.
  • Draai de ophanghaak (13) terug en schuif deze met lichte druk naar voren en omlaag in de vergrendelpositie, wanneer u met het elektrische gereedschap werkt.
  • Gebruik nooit de ophanghaak (13) als valbeveiligingsmiddel.
    Bevestig nooit het valbeveiligingsmiddel aan de ophanghaak.

Aanwijzing: Om het elektrische gereedschap tegen vallen te beveiligen, moet een voor het systeemgewicht geschikt valbeveiligingsmiddel (40) worden gebruikt. De maximaal toegestane lengte van het valbeveiligingsmiddel bedraagt 1,8 m. Let absoluut op het toegestane bevestigingsgedeelte (39) op het elektrische gereedschap.

Gebruik als valbeveiligingsmiddel bij voorkeur een met de ankersteekknoop bevestigde bandlus of een valbeveiligingsmiddel met valdemper.

Neem bij het bevestigen van het valbeveiligingsmiddel (40) absoluut goed nota van de gebruiksaanwijzing ervan.

  • Bevestig de andere kant van het valbeveiligingsmiddel absoluut aan een stabiele constructie (bijv. gebouw of steiger) en nooit aan de gebruiker zelf.
    Het valbeveiligingsmiddel moet vrij kunnen bewegen en mag uitsluitend aan het vaste aanslagpunt (41) en in het toegestane bevestigingsgedeelte (39) op het elektrische gereedschap zijn bevestigd.
    Kies het vaste aanslagpunt (41) zodanig dat het elektrische gereedschap bij een val vrij in de valbeveiliging kan vallen zonder daarbij de gebruiker te verstrikken of in gevaar te brengen.
    Gebruik nooit de ophanghaak (13) als valbeveiligingsmiddel.
    Bevestig nooit het valbeveiligingsmiddel aan de ophanghaak.
    Gebruik nooit het valbeveiligingsmiddel op het elektrische gereedschap met gemonteerde stofafzuiging GDE 18V-16 of GDE 16 Plus.