Ingebruikname

Met de draairichtingschakelaar (3) kunt u de draairichting van het elektrische gereedschap veranderen. Bij ingedrukte aan/uit-schakelaar (5) is dit echter niet mogelijk.

Rechtsdraaien: voor het boren en indraaien van schroeven schuift u de draairichtingschakelaar (3) naar links.

Linksdraaien: voor het los- of uitdraaien van schroeven en moeren schuift de draairichtingschakelaar (3) naar rechts.

Boren en schroeven

Zet de schakelaar (2) op het symbool „Boren“.

Klopboren

Zet de schakelaar (2) op het symbool „Klopboren“.

De schakelaar (2) vergrendelt voelbaar en kan ook bij draaiende motor worden bediend.

  • U kunt de toerentalschakelaar (8) bij stilstaand of bij draaiend elektrisch gereedschap bedienen. Dit moet echter niet bij maximale belasting of maximaal toerental worden gedaan.

Met de toerentalschakelaar (8) kunnen twee toerentalbereiken ingesteld worden.

Stand I:

Laag toerentalbereik. Voor werkzaamheden met een grote boordiameter en voor het in- en uitdraaien van schroeven.

Stand II:

Hoog toerentalbereik. Voor werkzaamheden met een kleine boordiameter.

 

Stand

Maximale boordiameter

1

> 100 mm

2

< 100 mm

Gebruik boorkronen niet in de klopboormodus.

Zet de schakelaar (2) op het symbool „Boren“.

Druk voor ingebruikname van het elektrische gereedschap op de aan/uit-schakelaar (5) en houd deze ingedrukt.

Voor het vastzetten van de ingedrukte aan/uit-schakelaar (5) de vastzetknop (4) indrukken.

Voor het uitschakelen van het elektrisch gereedschap de aan/uit-schakelaar (5) loslaten of als deze is vergrendeld met de vastzetknop (4), de aan-/uitschakelaar (5) kort indrukken en dan loslaten.

Voor het begrenzen van hoge reactiemomenten is het elektrische gereedschap voorzien van een overbelastingskoppeling (Anti-Rotation = anti-rotatie).

  • Als het inzetgereedschap vastklemt of vasthaakt, wordt de aandrijving van de uitgaande as onderbroken. Houd het elektrisch gereedschap vanwege de optredende krachten altijd goed met beide handen vast en ga in een stabiele positie staan.
  • Schakel het elektrisch gereedschap uit en maak het inzetgereedschap los, als het elektrisch gereedschap blokkeert. Er ontstaan grote reactiemomenten als u het elektrische gereedschap inschakelt terwijl het boorgereedschap geblokkeerd is.

U kunt het toerental / aantal slagen van het ingeschakelde elektrische gereedschap traploos regelen naarmate u de aan/uit-schakelaar (5) indrukt.

Lichte druk op de aan/uit-schakelaar (5) heeft een laag toerental / aantal slagen tot gevolg. Met toenemende druk wordt het toerental of het aantal slagen hoger.

Met het stelwiel toerentalinstelling (6) kunt u het gewenste toerental / aantal slagen ook tijdens het draaien van de machine vooraf instellen.

Het vereiste toerental of het aantal slagen is afhankelijk van het materiaal en de werkomstandigheden en kan proefondervindelijk worden vastgesteld.

De nulspanningsbeveiliging voorkomt ongecontroleerd starten van het elektrische gereedschap na een onderbreking van de stroomtoevoer.

Voor de hernieuwde ingebruikname zet u de aan/uit-schakelaar (5) in de uitgeschakelde stand en schakelt u het elektrische gereedschap opnieuw in.