Gegevensoverdracht

Open de afdekking van de micro-USB-bus (3). Verbind de micro-USB-bus (4) van het meetgereedschap via de meegeleverde micro-USB-kabel (24) met uw computer.

Schakel het meetgereedschap nu met de aan/uit-toets (9) in.

Open op uw computer de bestandsbrowser en selecteer het station GTC_400C. De opgeslagen bestanden kunnen uit het interne geheugen van het meetgereedschap gekopieerd, naar uw computer verplaatst of gewist worden.

Zodra u het gewenste proces heeft beëindigd, koppelt u het station standaard van de computer los en schakelt vervolgens het meetgereedschap met de aan/uit-toets (9) weer uit.

Let op: Meld het station altijd eerst bij uw besturingssysteem af (station uitwerpen), omdat anders het interne geheugen van het meetgereedschap kan worden beschadigd.

Verwijder de micro-USB-kabel tijdens het meten en sluit de afdekking (3).

Houd de afdekking van de USB-poort altijd gesloten, zodat er geen stof of spatwater in de behuizing kan binnendringen.

Aanwijzing: Verbind het meetgereedschap via USB uitsluitend met een computer. Bij aansluiting op andere apparaten kan het meetgereedschap worden beschadigd.

De opgeslagen warmtebeelden kunt u op uw computer onder een Windows-besturingssysteem nabewerken. Download hiervoor de GTC Transfer Software van de productpagina van het meetgereedschap op www.bosch-professional.com/thermal.

Het meetgereedschap is uitgerust met een Wi‑Fi®-module waarmee opgeslagen beelden van het meetgereedschap kunnen worden overgebracht naar een mobiel eindapparaat.

Voor het gebruik worden speciale Bosch-applicaties (apps) ter beschikking gesteld. Deze kunnen afhankelijk van het eindapparaat in de betreffende stores gedownload worden:

Met de Bosch-applicaties heeft u (naast de draadloze gegevensoverdracht van uw beelden) de beschikking over een uitgebreide functie-omvang en deze maken het nabewerken en het doorsturen van meetgegevens (bijv. per e-mail) gemakkelijker. Informatie over de noodzakelijke systeemvereisten voor een Wi‑Fi®-verbinding vindt u op de Bosch internetpagina www.bosch-professional.com/thermal.

Om de Wi‑Fi®-verbinding bij het meetgereedschap te activeren/deactiveren, vraagt u het hoofdmenu op, navigeert u met de toetsen naar de optie <WiFi> en activeert/deactiveert u deze. Bij geactiveerde Wi‑Fi® verschijnt op het display de aanduiding (d). Zorg ervoor dat de Wi‑Fi®-module op uw mobiele eindapparaat geactiveerd is.

Na het starten van de Bosch-applicatie kan (bij geactiveerde Wi‑Fi®-modules) de verbinding tussen mobiel eindapparaat en meetgereedschap tot stand worden gebracht. Volg hiervoor de instructies van de applicatie (app).