Zaagblad bevestigen of vervangen

Een overzicht van geadviseerde zaagbladen vindt u aan het einde van deze gebruiksaanwijzing. Plaats alleen zaagbladen met enkele nokkenschacht (T-schacht). Het zaagblad mag niet langer zijn dan nodig is voor de gewenste zaagsnede.

Gebruik voor het zagen van nauwe bochten een smal zaagblad.

  • Reinig de schacht van het zaagblad vóór het bevestigen. Een vervuilde schacht kan niet stevig bevestigd worden.

Duw de SDS-hendel (3) tot aan de aanslag naar voren en houd deze ingedrukt. Schuif het zaagblad (17), met de tanden in zaagrichting, tot het vastklikken in de zaagbladopname (2).

Let er bij het bevestigen van het zaagblad op dat de rug van het zaagblad in de groef van het steunwiel (16) ligt.

  • Controleer of het zaagblad stevig vastzit. Een los zaagblad kan uit de zaaghouder vallen en kan u verwonden.

Duw de SDS-hendel (3) tot aan de aanslag naar voren en verwijder het zaagblad (17).